Bij een splinternieuwe fiets kan er tijdens de inrijperiode enige piepende of schurende geluiden optreden. Schuur- en piepgeluiden verdwijnen gewoonlijk na verloop van tijd bij normaal gebruik van de remmen.

Remgeluid tijdens de inrijperiode:

Als het wiel vrij draait (of heel licht aanloopt) en er geen (of nauwelijks) contact is tussen de remschijf en de remblokken, raden we aan om ongeveer 40 tot 75 kilometer met de fiets te rijden zodat de remblokken en remschijven op elkaar kunnen inslijten, voordat je de eerste afstelling maakt.

Remgeluid na de inrijperiode:

Als de remmen piepen of aanlopen na de inrijperiode van 40 tot 75 kilometer, moet je mogelijk de afstand tussen de remschijf en de remblokken vergroten.

Volg de onderstaande stappen om je remmen zo nodig af te stellen.

Je hebt nodig:

• Een 5 mm-inbussleutel
• Een momentsleutel met een 5 mm-inbusbit
• Het afstelgereedschap voor het binnenste remblok van de achterrem bij Rad Power Bikes (voor RadWagon-modellen van 2019 en eerder. Neem contact met ons op om het gereedschap zo nodig te bestellen)

1. Maak de fiets gereed voor onderhoud. Schakel de fiets uit, verwijder de accu en houd MODE (of de aan/uit-knop) ingedrukt om de restspanning te ontladen.
2. Draai aan het wiel om te controleren of het vrij ronddraait. Als het wiel niet vrij ronddraait, staan de remmen waarschijnlijk te strak en moeten de remblokken worden afgesteld volgens de instructies in dit artikel.
   1. Zet de fiets op de standaard of kantel de fiets zodat het voor- of achterwiel los van de grond komt.
   2. Draai het wiel en controleer of er speling is tussen de remblokken en de remschijf.
   3. Controleer de conditie van de remschijf. Als de remschijf slingert in de remklauw of als de schijf is beschadigd, moet deze mogelijk worden vervangen. Neem contact met ons op voor hulp

      Raak de remschijf nooit aan, vooral niet als het wiel in beweging is. Het aanraken van de remschijf terwijl deze in beweging is, kan ernstig letsel veroorzaken, kan de remprestaties verminderen en leiden tot piepende remmen. 

   4. Gebruik de remhendel om het wiel te stoppen. Knijp de linker remhendel in voor het testen van de voorrem en de rechter remhendel voor het testen van de achterrem.
   5. Herhaal de handelingen met het andere wiel om te zien of dit vrij ronddraait. Noteer welke rem moet worden afgesteld.
3. Centreer de remklauw.  Dit helpt ervoor te zorgen dat de remklauw zich in de juiste stand bevindt en dat de afstelknop van het binnenste remblok in de optimale positie staat.
   1. Draai de kabelklembout bij de remklauw los en verschuif de kabel door de bout. Gebruik een 5 mm-inbussleutel om de kabelklembout iets los te draaien (maar niet te verwijderen) tot de remkabel door de bout kan schuiven.
      
   2. Draai de kabelklembout vast met een aanhaalmoment van 5 Nm om de kabel te blokkeren.
      
   3. Zet de remklauw los. Gebruik een 5 mm-inbussleutel en draai de twee bevestigingsbouten van de remklauw iets los (niet verwijderen).
   4. Draai de afstelknop van het binnenste remblok aan. Gebruik een 5 mm-inbussleutel om de afstelknop van het binnenste remblok ongeveer 4 tot 6 klikken rechtsom te draaien om de ruimte tussen het binnenste remblok en de remschijf te verkleinen.
   5. Centreer en borg de remklauw. Houd de remhendel ingeknepen van de remklauw die losgezet is. Draai tegelijkertijd beide bevestigingsbouten van de remklauw gelijkmatig aan. Draai de beide bouten afwisselend telkens een kwartslag vast tot een aanhaalmoment van 6-8 Nm.
   6. Draai de kabelklembout iets los met een 5 mm-inbussleutel. Duw de remklauwarm voorzichtig iets naar de achterkant van de fiets en trek de remkabel naar beneden zodat deze strak staat. Draai de kabelklembout vast met een aanhaalmoment van 5 Nm om de kabel te blokkeren.
      
4. Draai de afstelknop van het binnenste remblok iets los. Gebruik een 5 mm-inbussleutel om de afstelknop van het binnenste remblok 1 tot 2 klikken linksom te draaien om de ruimte tussen het binnenste remblok en de remschijf te vergroten.
   
   Opmerking: De afstelknop van het binnenste remblok bij het voorwiel is gemakkelijk bereikbaar door een 5 mm inbussleutel door de spaken en in de knop te steken. Volg stap 5 om toegang te krijgen tot de afstelknop van het binnenste remblok bij het achterwiel. Hiervoor zijn mogelijk extra stappen nodig, afhankelijk van het model.
5. Stel indien nodig het binnenste remblok achter af.
   1. Bij fietsen met een naafmotor met reductie: 
      1. Steek bij het achterwiel vlakbij de wielnaaf, een 5 mm-inbussleutel door de spaken en in de afstelknop van het binnenste remblok.
      2. Draai het gereedschap 1 tot 2 klikken linksom om de ruimte tussen het binnenste remblok en de remschijf te vergroten.
         
   2. Bij fietsen met een directdrive-motor (RadCity, RadCity Step-Thru, en RadWagon-modellen tot en met 2019):
      1. Pak het afstelgereedschap voor het binnenste remblok of een 5 mm-inbussleutel. Vanaf 2020 worden nieuwe modellen geleverd met het afstelgereedschap voor het binnenste remblok in de set montagegereedschap. Neem indien nodig contact op met ons productondersteuningsteam via de  HIER. vermelde link, om het afstelgereedschap voor het binnenste remblok aan te vragen. Het afstelgereedschap maakt het afstellen van het binnenste remblok veel gemakkelijker. Als je een RadCity-, RadCity Step-Thru- of RadWagon-model uit 2019 of eerder hebt, niet over het gereedschap beschikt en je achterrem zo snel mogelijk wilt afstellen, kunt je dit doen met een 5 mm-inbussleutel volgens de instructies hieronder.
      2. Bij gebruik van het afstelgereedschap voor het binnenste remblok Steek bij het achterwiel, vlakbij de wielnaaf, het afstelgereedschap voor het binnenste remblok tussen de motor en de remklauw en in de afstelknop van het binnenste remblok. Draai het gereedschap 1 tot 2 klikken zoals hieronder afgebeeld, om de ruimte tussen het binnenste remblok en de remschijf te vergroten.
         
      3. Bij gebruik van een 5 mm-inbussleutel:
         1. Lokaliseer de bevestigingsbouten van de remklauw aan het frame. Draai de twee bevestigingsbouten m.b.v. 5 mm-inbussleutel los en verwijder de remklauw.
            
         2. Lokaliseer de afstelknop voor het binnenste remblok en draai m.b.v. een 5 mm-inbussleutel de afstelknop (1 - hieronder) van het binnenste remblok ongeveer 1 tot 2 klikken rechtsom om de ruimte tussen het binnenste remblok (2 - hieronder) en de remschijf te verkleinen.
            
         3. Monteer de remklauw weer. Centreer de remschijf tussen de remblokken, monteer de bouten en draai de bouten gelijkmatig vast. Draai de bouten vast met 6-8 Nm.  
6. Herhaal stap 2 om de wielen en remmen nogmaals te testen. Als de afstelling aangepast moet worden, herhaal dan stappen 4 en 5.
   
   Als de juiste afstelling is bereikt, draait het wiel vrij met voldoende speling tussen de remblokken en de remschijf.
   
   Als het probleem niet is verholpen of als de remschijf opzij gedrukt wordt, wanneer de rem wordt ingeknepen,, neem dan contact met ons op voor meer hulp.
7. Als de remmen zijn afgesteld, plaats dan de accu weer en test de fiets volledig tijdens een proefrit.