RadMini Gids voor vervanging van de voorvork
De voorvork van je RadMini kan vervangen worden als Rad Power Bikes Productondersteuning heeft vastgesteld dat deze beschadigd is of niet functioneert.
Benodigd gereedschap:
- 3 mm-inbussleutel
- 4 mm-inbussleutel
- 5 mm-inbussleutel
- 10 mm ring- of steeksleutel
- Zijkniptang
- Momentsleutel met inbusbits
- Een paar kabelbinders
Vork verwijderen
- Maak de fiets gereed voor onderhoud. Schakel de fiets uit, verwijder de accu en houd MODE-knop ingedrukt om de restspanning te ontladen.
- Verwijder het voorwiel.
- Maak een foto van de ligging van de kabels aan de voorkant van de fiets als hulp tijdens de latere montage.
- Als er spatborden zijn gemonteerd: Verwijder met een 4 mm-inbussleutel de beide bouten voor bevestiging van de spatbordbeugel aan de vork. Bewaar de bouten. Het spatbord wordt later volledig verwijderd.
- Klap de snelspanhendel open en verwijder aan de andere zijde van het wiel, de duimmoer en de conische veer. Leg de duimmoer en de conische veer opzij.
- Houd het wiel vast en trek de snelspanneras met de gemonteerde conische veer uit het wiel. Leg de snelspanneras opzij voor latere hermontage.
- Til de voorzijde van de fiets omhoog en verwijder het voorwiel.
- Verwijder de remklauw. Gebruik een 5 mm-inbussleutel om de remklauw te verwijderen.
- Verwijder de klem van de rembuitenkabel. Gebruik een 3 mm-inbussleutel om de klem van de rembuitenkabel te verwijderen en leg deze klem opzij.
- Koppel de stekker los en verwijder de koplamp. Volg de kabel vanaf de koplamp naar de stekker. Trek beide stekkerhelften van de stekker van elkaar zonder ze te draaien. Gebruik een 5 mm-inbussleutel en een 10 mm-ringsleutel om de koplamp te verwijderen. Leg de koplamp en het bevestigingsmateriaal opzij. Een eventueel gemonteerd spatbord kan nu verwijderd en opzij gelegd worden.
- Klap het stuur omlaag. Druk op de rode knop op de hendel en trek de hendel omlaag. Kantel de stuurpen opzij.
- Verwijder de topcapdop en draai de bout iets los Verwijder de rubber dop en leg deze opzij. Gebruik een 5 mm-inbussleutel en draai de topcapbout iets los (niet verwijderen).
- Draai de klembouten van de stuurpen iets los. Gebruik een 5 mm-inbussleutel om de klembouten van de stuurpen iets los te draaien (maar niet te verwijderen).
- Verwijder de vork uit de fiets. Schuif de vork voorzichtig uit het balhoofd. Recycle de voorvork volgens de lokaal geldende voorschriften.
- Verwijder de vulringen, de stofring en de drukring van de balhoofdbuis. Verwijder één onderdeel tegelijk en leg ze opzij. Noteer de volgorde van deze onderdelen, want deze is belangrijk bij de hermontage. Maak zo nodig een foto van de volgorde.
Nieuwe vork installeren
- Monteer de vulringen op de binnenbalhoofdbuis. Schuif de drukring met het smalle uiteinde naar onderen gericht over de binnenbalhoofdbuis. Monteer de stofring en de vulringen in de juiste volgorde. Raadpleeg zo nodig de eerder gemaakte foto.
- Steek de nieuwe vork in het balhoofd. Volg de kabels die van het stuur komen om er zeker van te zijn dat er geen kabels bekneld of gedraaid zijn en dat alle kabels correct worden geleid. Gebruik zo nodig de eerder genomen foto als referentie.
- Draai de topcapbout aan totdat enige weerstand wordt gevoeld.
- Controleer of de bout strak genoeg aangedraaid is door de stuurpen dicht te klappen en te vergrendelen. Houd het stuur in de rechtuitstand, duw en trek het stuur voorzichtig naar voren en naar achteren en voel gelijktijdig over speling aanwezig is bij de verbinding tussen de stuurpen en de balhoofdbuis. Als er beweging voelbaar is bij dat verbindingspunt, dan zit de topcap te los. Klap de stuurpen om, draai de topcap een kwartslag vast, klap de stuurpen terug en herhaal de controle. Herhaal deze procedure totdat er geen speling meer voelbaar is bij de verbinding tussen de stuurpen en de balhoofdbuis. Monteer de rubber dop op de topcapbout.
- Zet het stuur recht zodat het haaks op het voorwiel staat. Draai de klembouten van de stuurpen, te beginnen met de onderste bout, vast met 12 Nm.
- Monteer de koplamp en sluit de stekker aan.
- Als er spatborden zijn gemonteerd: Steek het spatbord vanaf de achterzijde boven het wiel tussen de vorkpoten door. Plaats de bevestigingslip van het spatbord op het montagepunt op de vork en bevestig de koplamp aan de spatbord- en vorkmontagepunten met behulp van de onderstaande stappen.
- Schuif de ring op de bout en steek de bout door het bevestigingsgat op de vork.
- Monteer aan de andere zijde van het bevestigingsgat de ring en de borgmoer op de bout. Draai de moer vast met 6 Nm.
- Lokaliseer de bijbehorende stekkerhelften. Let voor de aansluitwijze op de inkepingen en pennen (en externe pijlen) op de stekkerhelften en schuif ze in elkaar zonder ze te draaien.
- Monteer de klem van de rembuitenkabel. Plaats de rembuitenkabel in de geleider en plaats de klem over de buitenkabel. Draai de bout van de buitenkabelklem vast met een 3 mm-inbussleutel.
- Monteer de remklauw. Bij de montage moet de langste bout in het bovenste bevestigingsoog van de remklauw worden gemonteerd. Draai de bouten zodanig aan dat de remklauw nog iets kan bewegen. Draai de bouten nog niet definitief vast.
Wiel weer monteren
- Monteer het voorwiel.
- Monteer de snelspanneras. Steek vanaf de zijde met de remschijf van het wiel de as met één conische veer door de naaf en monteer de andere conische veer aan de andere zijde. Beide veren moeten met de smalle zijde naar de naaf gericht worden geplaatst. Draai de duimmoer slechts een paar slagen vaster, zodat er voldoende ruimte overblijft voor de vorkpadden. Laat de hendel geopend.
- Laat de vork over het wiel zakken. Zorg ervoor dat de hendel open staat, til vervolgens voorzichtig de voorkant van de fiets op en laat de vork over het wiel zakken. De remschijf moet tussen de remblokken in de remklauw schuiven en de as moet volledig in de vorkpadden vallen.
- Als het monteren van het voorwiel moeizaam gaat, gebruik dan een 5-mm-inbussleutel om de afstand tussen de remblokken te vergroten door de stelbout van het binnenste remblok twee klikken linksom “naar buiten” te draaien en monteer vervolgens het wiel.
- Controleer of het wiel volledig in de vorkpadden zit en gecentreerd is.
- Sluit de snelspanhendel. Houd de snelspanhendel in geopende stand en draai de duimmoer aan de andere kant aan totdat de hendel evenwijdig aan de grond blijft staan zonder te worden vastgehouden. Druk vervolgens met de palm van de hand de hendel dicht zonder de remschijf aan te raken. De benodigde druk is voldoende als er korte tijd een afdruk van de hendel in je hand zichtbaar blijft.
- Monteer de snelspanneras. Steek vanaf de zijde met de remschijf van het wiel de as met één conische veer door de naaf en monteer de andere conische veer aan de andere zijde. Beide veren moeten met de smalle zijde naar de naaf gericht worden geplaatst. Draai de duimmoer slechts een paar slagen vaster, zodat er voldoende ruimte overblijft voor de vorkpadden. Laat de hendel geopend.
- Centreer de remklauw. Houd de remhendel waarmee de remklauw wordt bediend, ingeknepen en draai met een 5 mm-inbussleutel de bouten afwisselend telkens een kwartslag vast. Draai de bouten vast met 8-10 Nm.
- Plaats de accu weer en test de fiets volledig tijdens een proefrit.
Als je er niet zeker van bent dat je alle stappen met succes en veilig kunt uitvoeren, raden we je aan het werk te laten uitvoeren door een gerenommeerde fietsenmaker.