RadWagon 4 Afstellen van de stuurpen
De RadWagon 4 wordt geleverd met een verstelbare stuurpen die door de berijder op het gewenste comfort kan worden afgesteld. Na verloop van tijd en bij normaal gebruik moet de stuurpenhendel mogelijk worden afgesteld als het mechanisme te strak of te los zit.
Volg de onderstaande stappen om de stuurpen van de RadWagon 4 zo nodig af te stellen.
Als je er niet zeker van bent dat je alle stappen met succes en veilig kunt uitvoeren, raden we je aan het werk te laten uitvoeren of controleren door een gerenommeerde fietsenmaker.
Je hebt nodig:
- 2,5 mm-inbussleutel
- 3 mm-inbussleutel
- 5 mm-inbussleutel
- Maak de fiets gereed voor onderhoud. Schakel de fiets uit, verwijder de accu en houd MODE-knop ingedrukt om de restspanning te ontladen.
- Open de verstelhendel. Druk op de ontgrendelknop aan de zijkant van de hendel en trek gelijktijdig de hendel omhoog. Draai zo nodig met een 3 mm-inbussleutel de klembouten van het display iets los en kantel het display weg van de hendel, zodat de hendel makkelijker volledig omhoog geklapt kan worden.
Opmerking: Als de verstelhendel van de stuurpen moeilijk te openen is, druk dan het uiteinde van de hendel stevig omlaag om de vergrendeling wat ruimte te geven, druk op de ontgrendelknop van de stuurpen en trek vervolgens de hendel omhoog. Dit kan wat moeite kosten bij een gloednieuwe hendel.
- Stel de hoek van de stuurpen af in de gewenste stand. Draai en centreer het stuur in de stuurpen zodat de handgrepen ongeveer evenwijdig aan de grond of in een door de berijder gewenste stand staan. Zorg dat de afstelling binnen de markeringen voor de maximum verstelhoek van het stuur op de zijkant van de stuurpen blijft.
- Sluit de verstelhendel en controleer daarbij of ontgrendelknop is vastgeklikt zodat de hendel geborgd is. Druk met de palm van de hand de hendel naar beneden en druk met de andere hand op de ontgrendelknop tot de hendel in de gesloten stand vastklikt. Houd vingers, haar, kleding en andere voorwerpen uit de buurt van de hendel om beknellingen te voorkomen. Als de hendel moeilijk te sluiten is, gaat dan verder met de volgende stap om de hendel af te stellen.
- Stel de verstelhendel van de stuurpen zo nodig strakker of losser af. Als de ont- en vergrendeling van de verstelhendel voor de stuurpen moeilijk of te makkelijk gaat, volg dan onderstaande stappen om het mechanisme af te stellen.
- Open de hendel.
- Steek een 2,5 mm-inbussleutel in de stelbout van de hendel (hieronder weergegeven). Draai de bout een kwartslag rechtsom om de klemkracht van de hendel strakker of een kwartslag linksom om de klemkracht losser te zetten.
- Controleer de werking van de hendel. De hendel is correct afgesteld als er een lichte afdruk op je handpalm achterblijft na het volledig sluiten van de hendel. Herhaal zo nodig de afstelling.
- Zorg ervoor dat de hendel gecentreerd is en test of de hendel goed vergrendeld is. Probeer de hendel omhoog te trekken om te testen of de hendel goed vergrendeld is. De hendel mag pas openklappen als je op de ontgrendelknop van de stuurpen drukt.
- Zet zo nodig het display terug in de oorspronkelijke stand. Stel het display zo af dat het goed zichtbaar is voor de berijder. Draai de klembouten van het display met een 3 mm-inbussleutel vast. Draai deze niet te vast.
- Stel de hoek van de remhendels zo nodig af. Als de remhendels te hoog of te laag staan voor een comfortabele bediening nadat de stuurpen is afgesteld, volg dan de onderstaande stappen om de remhendels af te stellen.
- Gebruik een 5 mm-inbussleutel om de klembouten van de remhendel iets los te draaien (maar niet te verwijderen).
- Pas de hoek van de remhendels aan en zorg ervoor dat de hendels gemakkelijk bedienbaar zijn voor de berijder.
- Draai beide klembouten van de remhendel vast met 6 Nm.
- Plaats de accu weer en test de fiets volledig tijdens een proefrit.
Het afstellen van onderdelen zoals de stuurpen, zadelpen of zadel buiten het toegestane bereik kan ervoor zorgen dat deze onderdelen breken of losraken, waardoor je een zeer groot risico loopt op ernstig of fataal letsel. Vermijd dit gevaar door deze componenten nooit af te stellen tot voorbij de markeringen die het toegestane verstelbereik aangeven en die op de componenten zijn aangebracht.